Wat staat er nu eigenlijk echt in de Koran ?
Legimi
De grote onwetendheid die heerst over de heilige tekst van de moslims. Iedereen spreekt over de Koran. Velen verwijzen ernaar zonder hem te kennen. Veelal laat men hem dingen zeggen, die hij in werkelijkheid niet zegt! Rachid Benzine, islamoloog, en Ismaël Saidi, auteur en regisseur, zijn zich ten volle bewust van de grote onwetendheid die heerst over de heilige tekst van de moslims. Zij hebben besloten om hun krachten te bundelen en om de Koran uit te leggen op een vernieuwende manier. Wie is Muhammad? Wie zijn de ‘ongelovigen’ aan wie zoveel ongeluk beloofd wordt? Wie zijn de joden die in verschillende verzen voorkomen? Wat betekent ‘jihad’? Is de Koran werkelijk gewelddadig? Wat betekent ‘halal’?… Rachid Benzine geeft klare en duidelijke antwoorden op de vele vragen die op een grappige manier gesteld worden door Ismaël Saidi. Er wordt gebruikgemaakt van historische bronnen, antropologie en tevens semiologie. Hun pedagogische benadering is heel origineel. De twee auteurs ontwikkelen in negen hoofdstukken de voornaamste vragen die velen zich stellen. De lezer kan aldus samen met hen de reis maken naar de oorsprong van de Koran en ontdekken hoe de Arabische maatschappij in de 7de eeuw functioneerde, daar zij de bakermat vormt van de Koran. Ontdek een boek die hun krachten wil bundelen en de Koran wil uit te leggen op een vernieuwende manier. EXTRACT R: Laten we zien wat er zich in die periode afspeelde en wat de Koran ons vertelt over de joden van die tijd. Om de evolutie van de Koran te begrijpen met betrekking tot de joden van Arabië, moeten we een onderscheid maken tussen twee periodes. Ik maak je ook even een ander klein onderscheid duidelijk tussen de Joden met hoofdletter, het volk, en de joden met kleine letter, de aanhangers van de joodse religie. Het is over die laatsten dat we hoofdzakelijk zullen spreken, ook al maakt de Koran niet het onderscheid tussen de twee. I: Je begint sterk. Ik begin al te zweten … R: Joden en christenen blijken in Mekka niet voor te komen als georganiseerde groepen, maar ze zijn sporadisch aanwezig, wanneer ze op doortocht zijn. In de Mekkaanse periode worden de joden Banû Israïl, de Zonen van Israël, genoemd en deze figuren van het jodendom zullen worden opgeroepen in de Koran, in deze Mekkaanse periode, om als voorbeeld te dienen voor de eigen ervaring van Muhammad. Hij ondergaat de afwijzing van zijn stamgenoten, die de nieuwe alliantie afwijzen die hij hen voorstelt, net zoals Abraham, Noach of Mozes die hebben ondergaan in hun tijd. Muhammad laat zijn ervaring aansluiten op de sporen van deze Bijbelse figuren die de patriarchale lijn van zijn stamgenoten die hem niet volgen, vervangen. De Bijbelse figuren in de Koran nemen op die manier de plaats in van de Stamvaders, zij worden referenties voor de Profeet, die zich identificeert met hun verhalen. Dit invoeren van Bijbelse figuren (de Koran spreekt van Mozes, Noach, Abraham …) heeft dus een doel, het ondersteunen van de authenticiteit van het woord van de Koran tegenover de afwijzing vanwege de stam van Muhammad, die weigert een verbintenis aan te gaan met zijn God.
47.33 PLN